Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BG5139

Datum uitspraak2008-11-19
Datum gepubliceerd2008-11-24
RechtsgebiedCiviel overig
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Haarlem
Zaaknummers386214/ CV EXPL 08-6413
Statusgepubliceerd
SectorSector kanton


Indicatie

Schending van de Auteurswet. Eiser is beroepsfotograaf. Gedaagde heeft op zijn website een door eiser gemaakte foto van Johan Cruijff geplaatst, zonder toestemming van eiser en zonder vermelding van de naam van eiser. Gedaagde heeft de foto ook bewerkt. Gedaagde heeft daarmee inbreuk gemaakt op het auteursrecht van eiser en wordt veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding en tot plaatsing van een tekst op zijn website.


Uitspraak

RECHTBANK HAARLEM Sector kanton Locatie Haarlem zaak/rolnr.: 386214/ CV EXPL 08-6413 datum uitspraak: 19 november 2008 VONNIS VAN DE KANTONRECHTER inzake 1. [eiser 1], h.o.d.n. [eiser 1] Sportsphotography te [woonplaats] hierna te noemen [eiser 1] 2. [eiser 2] te [woonplaats] hierna te noemen [eiser 2] 3. STICHTING SWORDSTONE te Lochem hierna te noemen Swordstone eisers gemachtigde mr. L. Verkoren tegen [gedaagde], houder van de website [naam website] te [woonplaats] gedaagde hierna te noemen [gedaagde] procederend in persoon De procedure [eiser 1], [eiser 2] en Swordstone hebben [gedaagde] gedagvaard op 23 mei 2008. [gedaagde] heeft schriftelijk geantwoord. De kantonrechter heeft bij tussenvonnis van 16 juli 2008 een comparitie van partijen gelast, welke heeft plaatsgevonden op 23 september 2008 en waarbij de griffier aantekeningen heeft gemaakt van hetgeen partijen verder naar voren hebben gebracht. Partijen hebben daarbij nog producties in het geding gebracht. De feiten a. [eiser 1] is beroepsfotograaf gespecialiseerd in sportfotografie. Hij exploiteert een beeldarchief van door hem gemaakte foto’s. b. [eiser 1] is de maker van en de rechthebbende op een foto van Johan Cruijff, in een voor de voetballer typerende houding, met de armen uitgespreid, tijdens een wedstrijd van het Nederlands elftal, de finale van het WK van 1974 . De foto is opgenomen in de ANP beeldbank met toestemming van [eiser 1] en met vermelding van diens naam als maker. c. Deze foto is zonder voorafgaande mededeling of toestemming van de maker en zonder vermelding daarbij van de naam van de maker, gepubliceerd op de website [naam website], een weblog die toebehoort aan [gedaagde]. Ook is de foto daarbij bewerkt. d. [gedaagde] heeft voor het gebruik van die foto niets betaald. De vordering [eiser 1], [eiser 2] en Swordstone vorderen (samengevat en na vermindering en vermeerdering van eis) dat i) [gedaagde] wordt veroordeeld tot betaling van € 2.400,-- of enig ander bedrag door de kantonrechter te bepalen voor de inbreuk op auteursrechten van [eiser 1], vermeerderd met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf de dag van de dagvaarding; ii) [gedaagde] wordt gelast om gedurende zes weken de volgende tekst in een duidelijke letter en zonder commentaar te publiceren op de homepage van de website van [gedaagde] [naam website]: De kantonrechter te Haarlem heeft [gedaagde] veroordeeld tot het plaatsen op deze homepage van de navolgende tekst: De openbaarmaking van een fotografisch portret van Johan Cruijff van de hand van fotograag [eiser 1] op deze site was in strijd met de auteurswet 1912 wegens het ontbreken van toestemming en naamsvermelding; De telastlegging van oplichting, bedrog, afpersing en ander misdrijf door [eiser 2] en de Stichting Swordstone is niet gebaseerd op enig feit en daarom onrechtmatig.” iii) [gedaagde] wordt verboden zich publiekelijk op smadelijke en/of beledigende wijze uit te laten over eisers, zo mogelijk gekoppeld aan een passende dwangsom; iv) [gedaagde] wordt veroordeeld tot betaling van de in werkelijkheid gemaakte kosten ex artikel 1019 h Rv, met de kosten van de deurwaarder en griffierechten. [eiser 1] stelt onder meer het volgende. Niet alleen loopt [eiser 1] door deze plaatsing van de foto door [gedaagde], een inbreuk op zijn auteursrecht, zijn gebruikelijke honorarium mis, maar door het ontbreken van zijn naam bij de foto is de kans dat deze door anderen ook weer anoniem wordt “geplaatst” toegenomen. Ook heeft [gedaagde] de foto in verminkte en geknipte vorm gepubliceerd, hetgeen eveneens een inbreuk vormt op het auteursrecht van [eiser 1]. Als richtlijn voor de berekening van zijn schade hanteert [eiser 1] de algemene voorwaarden FotografenFederatie die hij doorgaans gebruikt. [gedaagde] heeft de foto eenmaal vóór en eenmaal ná de dagvaarding gepubliceerd, zodat hij 2 maal het basistarief licentievergoeding van € 240,00 is € 480,00 verschuldigd is. Voor de inbreuk op en waardevermindering van het auteursrecht vordert [eiser 1] betaling van € 960.Voor het ontbreken van de naamsvermelding berekent [eiser 1] overeenkomstig artikel 19 van die voorwaarden een vergoeding van 100 % van die licentievergoeding, dus nog eens € 480,00. Voor de verminking van zijn werk tot tweemaal toe vordert [eiser 1] een vergoeding van € 480,00. In totaal komt [eiser 1] € 2.400,00 toe, nog vermeerderd met de rente en de proceskosten waaronder het gemachtigdensalaris dat tot en met de comparitie van partijen van € 1.441,39 bedraagt. Verder wordt gesteld dat [gedaagde] zich schuldig heeft gemaakt aan het uiten van ongegronde en ongefundeerde beschuldigingen over [eiser 2] en Swordstone op zijn website, waarbij hij de in acht te nemen grenzen die ook gelden voor de vrijheid van meningsuiting (persvrijheid), heeft overschreden, onder meer door [eiser 2] en Swordstone als criminelen af te schilderen, zonder dat die beschuldigingen en kwalificaties op enig vaststaand feit zijn gebaseerd. Mocht de kantonrechter van oordeel zijn niet bevoegd te zijn om over die vorderingen van [eiser 2] en Swordstone te oordelen, dan moet verwijzing naar de bevoegde rechter volgen. Het verweer [gedaagde] betwist de vordering van [eiser 1]. Hij voert daartoe onder meer het volgende aan. De foto wordt wel vaker gepubliceerd zonder naamsvermelding van de maker en dat gaf [gedaagde] de indruk dat op die foto geen auteursrecht rustte. [gedaagde] erkent nu dat hij met de plaatsing van de foto van [eiser 1] inbreuk heeft gemaakt op diens auteursrecht. [gedaagde] is goed bekend met het auteursrecht en hij doet altijd pogingen de naam van de rechthebbende te achterhalen. De vergoeding die [eiser 1] vordert is veel te hoog. De algemene voorwaarden van [eiser 1] zijn niet van toepassing. De gevorderde buitengerechtelijke kosten zijn niet in redelijkheid gemaakt omdat [gedaagde] niet onwillig was te betalen maar dat hij eerst zeker wilde weten of het [eiser 1] was die aanspraak kon maken op het auteursrecht van die foto en of zijn gemachtigde die [gedaagde] tot betaling had aangemaand gerechtigd was namens hem enige vergoeding te verlangen. Zogenaamde scammers sturen namelijk spookrekeningen voor niet geleverde of door anderen geleverde diensten. [gedaagde] wachtte op kopieën van rijbewijs of paspoort van de gemachtigde. Ook voor een proceskostenvergoeding is geen aanleiding. Ten aanzien van de vorderingen van [eiser 2] en Swordstone voert [gedaagde] onder meer aan dat de kantonrechter niet bevoegd is om daarover te oordelen, omdat die vorderingen de competentie van de kantonrechter te boven gaan. De beoordeling van het geschil 1. Vorderingen van onbepaalde waarden worden in beginsel behandeld en beslist door de sector civiel van de rechtbank. Zijn er echter duidelijke aanwijzingen dat de vordering geen hogere waarden dan € 5.000,00 vertegenwoordigt, dan wordt de zaak door de sector kanton behandeld en beslist. 2. [eiser 2] en Swordstone vorderen onder meer dat [gedaagde] gelast wordt een door de kantonrechter te bepalen tekst te publiceren en dat [gedaagde] verboden wordt zich publiekelijk op smadelijkeen/of beledigende wijze over hen uit te laten, zo mogelijk gekoppeld aan een dwangsom. Dit zijn naar het oordeel van de kantonrechter vorderingen van onbepaalde waarde, waarbij geen duidelijke aanwijzingen bestaan dat de vorderingen geen hogere waarde vertegenwoordigen dan € 5.000,00, zodat de sector civiel van deze rechtbank bevoegd is. Dat [eiser 2] en Swordstone hun vordering in de dagvaarding hadden beperkt tot de somma van € 5.000,00 doet aan dit oordeel niet af. 3. De vorderingen van [eiser 1] enerzijds en [eiser 2] en Swordstone anderzijds staan niet in direct verband met elkaar. De vordering van [eiser 1] is deels van een bepaalde waarde en deels van onbepaalde waarde. Er zijn aanwijzingen dat de vordering van [eiser 1] tot publicatie van het oordeel van de kantonrechter in dezen over de gestelde inbreuk de waarde van € 5.000,00 niet overstijgt, mede gelet op de bedragen die [eiser 1] vordert vanwege de gestelde inbreuk. Ter zake van die vorderingen is de kantonrechter van oordeel dat zij bevoegd is daarvan kennis te nemen. 4. [gedaagde] heeft aanvankelijk betwist maar ter zitting erkend dat hij inbreuk heeft gemaakt op het auteursrecht van [eiser 1]. Hij heeft onvoldoende gemotiveerd de stelling van [eiser 1] betwist dat via het ANP of De Telegraaf eenvoudig de rechthebbende op de foto had kunnen achterhalen. Zo hij dat al mocht hebben gedaan, hij heeft daar niet naar gehandeld maar zonder meer die foto gebruikt. Hij heeft erkend dat die foto deel heeft uitgemaakt van een publicatie van hem op zijn website van 25 april 2007. Dat die foto ook na de dagvaarding op die site door [gedaagde] is gepubliceerd heeft [gedaagde] niet betwist. Daarmee staat vast dat hij tweemaal de foto heeft gepubliceerd en dat hij daarvoor geen toestemming had gevraagd. Ook is de naam van de fotograaf daarbij niet vermeld en de foto is bewerkt; de zijkanten en bovenkant zijn ingekort. Ook deze inbreuken staan daarmee vast. 5. [eiser 1] heeft er een gerechtvaardigd belang bij dat dit oordeel via hetzelfde kanaal wordt gepubliceerd als waarvoor/waarmee de inbreuk heeft plaatsgevonden. In zoverre is de vordering sub ii ten aanzien van [eiser 1] toewijsbaar. 6. De vraag is verder welke schadevergoeding [gedaagde] [eiser 1] moet betalen voor die onrechtmatige daad die [gedaagde] kan worden toegerekend. Dat [eiser 1] voor de bepaling van de schadevergoeding inzake deze verbintenis uit de wet aansluiting heeft gezocht bij de door hem bij overeenkomsten gehanteerde algemene voorwaarden valt te billijken. Als [gedaagde] dat had willen voorkomen dan had hij een overeenkomst met [eiser 1] moeten sluiten. [gedaagde] heeft de keus gemaakt om zonder toestemming van [eiser 1] zijn foto te gebruiken en hij dient daarvan nu de gevolgen te dragen. 7. Naar het oordeel van de kantonrechter is [gedaagde] [eiser 1] in ieder geval het bedrag van het honorarium verschuldigd dat [eiser 1] als beroepsfotograaf had kunnen ontvangen als [gedaagde] zich wel aan de regels had gehouden en toestemming had gevraagd. [gedaagde] heeft niet gemotiveerd betwist dat het gebruikelijke, niet onredelijke honorarium van [eiser 1] € 240,00 per licentie/publicatie bedraagt. Niet alleen heeft [gedaagde] de foto zonder toestemming van [eiser 1] gebruikt, [eiser 1] moest ook nog eens zelf achterhalen dat zijn foto was gebruikt, naar later is gebleken door een publicist die naar eigen zeggen bekend is op het gebied van auteursrecht. Deze inbreuk op het auteursrecht rechtvaardigt een hogere schadeloosstelling dan enkel dat honorarium dat [eiser 1] bij regulier gebruik van zijn foto zou hebben ontvangen. De kantonrechter is van oordeel dat daarom een vergoeding van € 480,00 per publicatie billijk is, zodat een bedrag van € 960,00 daarvoor toewijsbaar is. 8. Verder is het feit dat [gedaagde] de naam van [eiser 1] niet heeft vermeld bij de foto een schadevergrotende omstandigheid. Zoals [gedaagde] zelf tijdens deze procedure heeft betoogd, meende hij aanvankelijk dat hij uit feit, dat die foto wel vaker zonder de naam van de maker wordt gepubliceerd, mocht concluderen dat het gebruik op die wijze legitiem was. Met zijn handelen heeft hij mogelijkerwijs bij anderen ook die –onjuiste- indruk gewekt en [eiser 1] daarmee mogelijk verdere schade berokkend. Ook daarvoor wordt € 480,00 toegewezen. 9. Tot slot heeft [gedaagde] het werk van [eiser 1] ook nog eens verminkt/aangetast weergegeven. [eiser 1] heeft het recht zich te verzetten tegen elke misvorming, verminking of andere aantasting van zijn foto die nadeel zou kunnen toebrengen aan zijn eer of naam. [eiser 1] heeft onbetwist gesteld dat de compositie van de foto voor een zeer belangrijk deel de kwaliteit daarvan bepaalt en dat deze verminking hem nadeel toebrengt. De kantonrechter is van oordeel dat voor deze inbreuk [eiser 1] een vergoeding van € 480,00 toekomt. 10. In totaal moet [gedaagde] voor deze inbreuken [eiser 1] een schadevergoeding betalen van € 1.920,00. 11. Hetgeen partijen verder nog naar voren hebben gebracht behoeft geen bespreking meer, nu dit in het licht van hetgeen in dit vonnis is vastgesteld en overwogen, niet tot een andere beslissing kan leiden. 12. De proceskosten van [eiser 1] komen voor rekening van [gedaagde] omdat deze in het ongelijk wordt gesteld. [gedaagde] heeft weliswaar betoogd dat [eiser 1] te snel tot dagvaarding is overgegaan omdat [gedaagde] nog in onderhandeling meende te zijn over de te betalen vergoeding, maar uit de overgelegde correspondentie en andere in het geding gebrachte stukken valt te concluderen dat partijen zodanig van standpunt verschilden dat een rechterlijke uitspraak uitkomst moest bieden. Gelet op het bepaalde in artikel 1019 h Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering wordt [gedaagde] veroordeeld in redelijke en evenredige gerechtskosten en andere kosten. Voor salaris heeft de gemachtigde van [eiser 1] € 1.441,39 begroot, maar dat salaris is volgens de processtukken deels voor de vorderingen [eiser 2] en Swordstone, waarin vandaag geen eindoordeel wordt gegeven. Aan salaris voor de gemachtigde van [eiser 1] acht de kantonrechter 10 uur à € 113,05 is € 1.130,50 toewijsbaar. Beslissing De kantonrechter: - verwijst de zaak ter zake van de vorderingen van [eiser 2] en Swordstone gericht tegen [gedaagde] naar de sector civiel van deze rechtbank voor voortzetting van de procedure; - bepaalt dat die zaak wordt ingeschreven op de rolzitting van die sector op woensdag 17 december 2008 te 10.00 uur voor voortprocederen; - wijst partijen erop dat zij na deze verwijzing alleen nog door tussenkomst van een advocaat in rechte kunnen verschijnen en proceshandelingen mogen verrichten; - veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan [eiser 1] van € 1.920,00 te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf 23 mei 2008 tot aan de dag van de algehele voldoening; - gelast [gedaagde] om gedurende zes weken na betekening van dit vonnis de volgende tekst in een duidelijke letter en zonder commentaar te publiceren op de homepage van de website van [gedaagde] [naam website]: De kantonrechter te Haarlem heeft [gedaagde] veroordeeld tot het plaatsen op deze homepage van de navolgende tekst: De openbaarmaking van een fotografisch portret van Johan Cruijff van de hand van fotograaf [eiser 1] op deze site was in strijd met de auteurswet 1912 wegens het ontbreken van toestemming en naamsvermelding. - veroordeelt [gedaagde] tot betaling van de proceskosten, die aan de kant van [eiser 1] tot en met vandaag worden begroot op de bedragen zoals deze hieronder zijn gespecificeerd: dagvaarding € 71,80 vastrecht € 201,00 salaris gemachtigde € 1.130,50, - verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad; - wijst af het meer of anders gevorderde. Dit vonnis is gewezen door mr. C.A. Boom en uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum.